
De Aziatische hoornaar – welkom is anders
column
Door Harm Meter
Je loopt een rondje door Assen, en ineens… daar is-ie dan. De Aziatische hoornaar. Geen gezellige zoemer, maar een imposante, zwart-oranje luchtmachtpiloot met slechte bedoelingen. Dit keer werd hij gespot door een gemeentewerker in Baggelhuizen, in een nest ter grootte van een voetbal.
Binnen no-time stond de bestrijder voor de deur. In een pak dat doet denken aan maanlanding anno 1969 – maar dan niet tegen meteorieten, wel tegen steekwapens met vleugels. Want één ding weet je: als deze hoornaar boos wordt, komt hij niet alleen. Dan komt de hele familie.
Het recept van de bestrijder is simpel, maar weinig gezellig: een poeder met synthetisch pyrethroïde. Klinkt ingewikkeld, werkt dodelijk. Het hecht aan pootjes, bereikt de koningin, en dat is dan einde verhaal. Ik schrijf het met tegenzin op, want eigenlijk wil je het dier niet doden. Tot je hoort dat het hele bijenvolken kan uitroeien. Dan verandert je morele kompas toch een beetje.
We hebben het over een beest dat uit Zuidoost-Azië komt, via een container in Frankrijk belandde, en sinds 2017 vrolijk in Nederland rondhangt. Hij jaagt op honingbijen, hommels en alles wat zoemt en bestuift. Een kolonie kan duizenden insecten per seizoen naar de eeuwige bloemenweide sturen.
En ja, voor mensen is hij niet per se agressiever dan een gewone wesp. Tenzij… je in de buurt van het nest komt. Vraag maar aan de mensen in Elim die een paar jaar terug het fietsavontuur van hun leven hadden – inclusief ambulancebezoek.
Dus: zie je een nest? Foto maken, afstand houden, melden bij de NVWA. Geen stoere acties met tennisrackets of tuinslangen, want dan leer je het verschil tussen “ongediertebestrijding” en “overlevingsdrang” aan den lijve kennen.
We hoeven hem geen warm welkom te geven. Maar hem negeren? Dat kan ons veel meer kosten dan een potje poeder en een man in een maanpak.
De inzet in Assen